Onlangs verscheen het boek Key Terms in Comics Studies, het project van een jarenlang internationaal samenwerkingsverband dat probeert enige theoretische en methodologische orde te scheppen in dit boomende veld - een ideale aanleiding dachten wij, om het in onze podcast te hebben over dit onderzoeksgebied, over de stripcultuur- en infrastructuur in de Lage Landen, over Museumpleinstrips en de fenomenale aanwezigheid van zowel Japanse als Amerikaanse beeldverhalen in de mondiale cultuurindustrie. Geert Buelens gaat voor deze aflevering in gesprek met twee gasten: Rik Spanjers en Eva Van de Wiele. Rik Spanjers, een van de samenstellers van het boek, is in 2019 gepromoveerd op de representatie van de Tweede Wereldoorlog in strips en als docent afwisselend (en veelbetekenend) actief in verschillende opleidingen Media Studies en Nederlands, op dit moment aan de Universiteit van Amsterdam. Eva Van de Wiele legt in Gent de laatste hand aan een proefschrift over Spaanse en Italiaanse stripverhalen voor kinderen – een onderdeel van het grotere onderzoeksproject Children in comics. An intercultural history from 1865 to today. Ze is ook, net als Rik, redacteur van het online platform 9e kunst. Kwamen voorts aan bod: Scott McCloud, Understanding Comics: The Invisible Art (1993) // Antonio Faeti, Guardare le figure (1972/2021) // Thierry Smolderen, The Origins of Comics (2016) // tebeosfera.es // Eike Exner, Comics and the Origins of Manga (2021) // Het Duitse kinderstripmagazine Polle // Aimée de Jongh // Marissa Delbressine // Jommeke-onderzoek van Michel De Dobbeleer // Nieuwe Garde-bloemlezing met 57 Nederlandse en Vlaamse stripmakers // Jan-Noël Thon et. al, Comics and Videogames (2021) Aanraders van Rik: 1) Ben Gijsemans, Aaron (2020) 2) Shigeru Mizuki, Onwards towards our noble deaths (1991) Aanraders van Eva: 1) Richard McGuire, Here (2014) 2) David Mazzucchelli, Asterios Polyp (2009) 3) Paolo Bacilieri, Fun (2014)
Eerder spraken we in de podcast met de Engelse en Roemeense vertalers van Bezette stad van Paul van Ostaijen, maar voor de ontwikkeling van de Nederlandse literatuur zijn uiteraard de vertalers naar het Nederlands veel belangrijker geweest. Er wordt, ondanks de krimpende boekenmarkt, nog altijd erg veel vertaald in het Nederlands - en dat is eigenlijk al eeuwenlang het geval. Die hele geschiedenis is nu voor het eerst geboekstaafd, in het vuistdikke, loodzware, maar vooral ook prachtig geïllustreerde boek Vertalen in de Nederlanden. Een cultuurgeschiedenis (Boom). Geert Buelens spreekt met twee van de vijf hoofdauteurs, Inger Leemans (die over de 18de eeuw schreef) en Ton Naaijkens (die het deel over de 20ste en 21ste eeuw voor zijn rekening nam). Inger is hoogleraar Cultuurgeschiedenis aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, hoofdonderzoeker van het NL-Lab van de KNAW en in kringen van neerlandici vooral bekend als coauteur, met Gert-Jan Johannes, van Worm en donder, het deel over de 18de eeuw in de Taalunie Literatuurgeschiededenisreeks. Ton was tot voor kort hoogleraar Duits en Vertaalwetenschap in Utrecht, hij leidde jarenlang het Expertisecentrum Literair Vertalen en de Leuvens-Utrechtse Onderzoeksmaster Literair Vertalen. Hij heeft ook zelf zijn sporen verdiend als literair vertaler, met onder meer twee monumentale Paul Celan-edities. LINKS: · Het pleidooi van Frans Ruiter uit 1993 om vertaalgeschiedenis te incorporeren in de Nederlandse literatuurgeschiedenis; in deze tekst ook verwijzingen naar Busken Huet en Anbeek die oproepen het Nederlands(e) achter te laten. · Het opstel Nooit te van Ton Anbeek (1994). · Het gesprek met Frank Willaert (2021). · De weg naar het binnenland van Tom Verschaffel (2017). · Filter. Tijdschrift over vertalen. · Lieke van Deinsen en Beatrijs Vanacker, ‘Wie is toch de vertaalster mijner werken?’ (2021).
Verder terug dan de late 18de eeuw in de podcast met Kevin Absillis en Janneke Weijermars over de vroege literaire Vlaamse Beweging ging LEEST SPREEKT vooralsnog niet, maar vandaag gaan we met plezier terug tot het allerbeginnendste begin van onze literatuur: 'Hebban olla vogala' en alle bewaard gebleven liefdesliederen in het Middelnederlands tot de komst van de rederijkers, ruim driehonderd jaar later. Dat is immers ook de tijdspanne die de Antwerpse mediëvist Frank Willaert bestrijkt in zijn eerder dit jaar verschenen magnum opus Het Nederlandse liefdeslied in de Middeleeuwen. Het boek is door eminente vakgenoten als Frits van Oostrom, Dieuwke van der Poel en Johan Oosterman onthaald als een meesterwerk en wie zijn wij om daar anders over te oordelen? In deze extra lange podcast-aflevering gaat Geert Buelens in gesprek met Frank Willaert, over het onderzoek, het vakgebied en de academische cultuur, over taalgrenzen en verengelsing, over Hadewijch, schlagers, hiphop en blues, de Tachtigers, Gerrit Komrij en meer – met als bonus een voordracht van het lied ‘Melancolie’. Frank Willaert was tot 2017 hoogleraar aan de Universiteit Antwerpen waar hij op de universiteit, in het Ruusbroecgenootschap en het mee door hem opgerichte Instituut voor de Studie van de Letterkunde in de Nederlanden (ISLN) een sleutelrol vervulde in het academische en zeker ook intellectuele leven. Ook daarbuiten - in de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde in Gent en op allerlei publieke fora - is hij een groot pleitbezorger van de Neerlandistiek als wetenschappelijke discipline. LINKS: · Louis Grijp in een boek van Frank over de zoektocht naar de melodieën van Hadewijch. · Frank in gesprek met Björn Schmelzer van Graindelavoix over ‘Vaer wech ghepeins’ uit het Gruuthusehandschrift, vermoedelijk van de hand van Jan Van Hulst. · Björn Schmelzer over de Vlaamse polyfonie (in de uitzending van Interne Keuken, na ca. 30 min.) · Het onderzoek Mike Kestemont & Folgert Karsdorp over percentage overgeleverde Middelnederlandse ridderepiek. · De door David Wallace samengestelde Europese literatuurgeschiedenis. · Hadewijch uitgevoerd door sopraan Suze van Grootel, Camerata Trajectina. · Het Balkanonderzoek van Milman Parry & Albert Lord in de jaren 1930 dat onze visie op Homeros veranderde. · Frits van Oostrom over vrouwelijke auteur ‘Hebban olla vogala’ (pag. 102-106).
Het gebeurt niet elke dag dat letterkundige neerlandici een NWO-project toegekend krijgen. Eerder dit jaar voltrok dit halve mirakel zich, voor een project van Leidse en Amsterdamse collega’s dat zich afspeelt op het breukvlak van de literatuurwetenschap, politieke filosofie en mediastudies. Playing Politics: Media Platforms, Making Worlds is een ambitieus en maatschappelijk uiterst relevant project over politiek & spel – over memes, de tweets van de vorige Amerikaanse president, uitspraken in interviews en toespraken die vooral bedoeld zijn om viraal te gaan en misschien ook wel over de retorische erfenis van Gerard Reve. In deze podcast-aflevering gaat Geert Buelens in gesprek met twee van de aanvragers van het project: Bram Ieven studeerde filosofie en vergelijkende literatuurwetenschappen in Leuven, promoveerde als literatuurwetenschapper in Leiden waar hij nu universitair docent is bij Moderne Nederlandse letterkunde en zich onder meer bezighoudt met De Stijl en radicale dichters als Herman Gorter en Henriëtte Roland-Holst. In het project kijkt hij vooral naar de Nederlandse politiek. Sara Polak studeerde Engelse literatuur in Cambridge, Psychologie aan de Universiteit van Amsterdam waar ze ook een onderzoeksmaster Literary Studies afrondde. Ze promoveerde in Leiden waar ze nu als amerikanist werkt en vooral onderzoek doet naar de beeldvorming rond Amerikaanse presidenten. Binnen het project richt ze zich vooral op hoe Donald Trump sociale media inzette en de zogenaamde cartoon logica die hij daarbij toepaste. Links: Over Trump, ebola en zombiecultuur: Embodying Contagion (University of Wales Press, 2021) // Reportage over en analyse van Schild & Vrienden // Het artikel van Frans-Willem Korsten over de Nederlandse zeventiende-eeuwse pamfletcultuur staat in Violence & Trolling on Social Media; daarin ook deze definitie van 'trolling': 'sowing discord on the internet by starting quarrels or upsetting people, by posting inflammatory, extraneous, or off-topic messages in an online community with the intent of provoking readers into an emotional response or of otherwise disrupting normal, on-topic discussion' // De gedachte dat spelen ook altijd om ambiguïteit draait is uitgewerkt in Brian Sutton Smith, The Ambiguity of Play (Harvard University Press, 1997) // Over het verongelijkte deel van Trumps electoraat: Arlie Hochschild, Strangers in Their Own Land (New Press, 2016) // BILWET (Stichting ter Bevordering van Illegale Wetenschap), Bewegingsleer: Kraken aan gene zijde van de media (Uitgeverij Ravijn, 1990) // Frantz Fanon, Les Damnés de la terre (Éditions Maspero, 1961). Een Engelse vertaling (door Constance Farrington) van het besproken eerste hoofdstuk over geweld
Het gaat slecht met het leesonderwijs, leesniveau en leesplezier in Nederland, maar met het debat hierover gaat het uitstekend: opiniestukken vliegen je om de oren en er wordt ook steeds meer onderzoek gedaan naar geletterdheid, literatuuronderwijs en leesplezier. Over verleden, heden en toekomst van het leesonderwijs spreekt Geert Buelens met drie academici die zich er in onderzoek en praktijk intens mee bezighouden. Feike Dietz is als docent-onderzoeker Vroegmoderne Nederlandse letterkunde en opleidingscoördinator van Taal- en Cultuurstudies verbonden aan Universiteit Utrecht. Onlangs verscheen haar monografie Lettering Young Readers in the Dutch Enlightenment: Literacy, Agency and Progress in Eighteenth-Century Children’s Books. Samen met Laurens Ham schreef ze voor De Groene Amsterdammer een reeks over 40 jaar Kinderen voor Kinderen. Ze is redactielid van LitLab. Jeroen Dera is als universitair docent en lerarenopleider aan Radboud Universiteit gespecialiseerd in de relatie tussen letterkunde en onderwijs. In 2019 publiceerde hij i.s.m. Stichting Lezen het onderzoeksrapport De praktijk van de leeslijst, waarin hij het leesgedrag van examenkandidaten havo/vwo voor schoolvak Nederlands in kaart brengt. Hij leidt een door NRO gefinancierd consortium dat een literatuurdidactiek ontwikkelt met meer aandacht voor de leesvoorkeuren van adolescenten. O.a. in De Volkskrant zwengelde hij het debat ook voor een breder publiek aan. Onlangs verscheen Poëzie als alternatief. Yra van Dijk is modern letterkundige en gasthoogleraar aan Universiteit Leiden. Naast 4 academische boeken over literatuur van de 20ste eeuw, schrijft zij voor een groter publiek in o.a. NRC en De Nederlandse Boekengids. Sinds 2005 geeft ze lezingen, nascholingen en collegereeksen voor (aankomend) leraren Nederlands. Ze neemt deel aan een interdisciplinair consortium dat onderzoekt hoe we geletterdheid kunnen vergroten. Ze begeleidt promovendi die onderzoek doen naar literatuuronderwijs, naar Lezen voor de Lijst en naar jeugdcultuur en is als voorzitter van de Raad voor de Neerlandistiek ook nauw betrokken bij discussies over het schoolvak Nederlands. LINKS: Essay Daan Heerma van Voss + reactie Joke Brasser & Marie-José Klaver // Opiniestuk Ewout van der Knaap + reactie Gé Vaartjes // artikel Yra van Dijk & Marie-José Klaver + reactie op de reacties // lezenvoordelijst.nl // Essay Kenneth Koch
De zaak Van Manen, vrijheid van meningsuiting, onderwijs en het verschil tussen ‘smaad’ en ‘reputatieschade’. Op 19 april van dit jaar bevestigde de rechtbank in Arnhem in hoger beroep dat de voormalige werkgever van Paula van Manen - ROC Nijmegen - haar mocht ontslaan omdat er door de publicatie van haar boek Wanneer krijgen we weer les? een verstoorde arbeidsrelatie was ontstaan. Op 19 juli dienden haar advocaten een verzoekschrift tot cassatie in bij de Hoge Raad. In afwachting van de uitspraak van de Hoge Raad gaan we in deze eerste aflevering van het tweede seizoen dieper in op deze zaak. Geert Buelens spreekt met Laurens Ham en Anouk Zuurmond: Laurens Ham is universitair docent en onderzoeker aan de Universiteit Utrecht. Hij publiceerde vorig jaar Op de vuist, een boek over Nederlandse protestliederen en hij voert op dit moment zijn VENI-project over de impact van schrijvers op het Nederlandse letterenbeleid uit. In 2015 promoveerde hij op Door Prometheus geboeid. De autonomie en autoriteit van de moderne Nederlandse auteur. Anouk Zuurmond is neerlandica en filosoof en als universitair docent aan de Rijksuniversiteit Groningen verzorgt ze onderwijs op het gebied van onderwijsfilosofie en coördineert ze de masteropleiding Ethics of Education. Ze is tevens als onderzoeker aangesloten bij het lectoraat Normatieve professionalisering van de Hogeschool Utrecht. Op Platform Leest publiceerde ze eind vorig jaar een stuk over wat Nederlandse schoolromans ons over het onderwijs kunnen leren. Links: • De zaak Van Manen: het boek Wanneer krijgen we weer les? De opmerkelijke praktijk van gepersonaliseerd onderwijs (Scriptum, Schiedam, 2019), met bijbehorende website waarop de auteur haar versie van de feiten geeft, reageert op het vonnis van dit voorjaar en opiniestukken verzamelt // De reactie van Ton van Haperen // De Integriteitscode voor medewerkers ROC Nijmegen, april 2020. • De genoemde romans over onderwijsvernieuwingen op een ROC: Marcel de Jong, Geen les meer (Passage, Groningen, 2011) // Lucas Zandberg, De redendementsdenker (De Arbeiderspers, Amsterdam, 2017). • Verder: een interview met Maarten Doorman over zijn boek Rousseau en ik (Bert Bakker, Amsterdam, 2012) // Het genoemde boek van Klaus Beekman en Ralf Grüttemeier, De wet van de letter. Literatuur en rechtspraak (Atheneum - Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2005).
De moeizame publieke omgang met het sluitstuk van de kolonisatie van Indonesië staat centraal in deze aflevering. Gasten: Arnoud Arps schrijft aan de Universiteit van Amsterdam een proefschrift over herinneringen aan de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog, met focus op populaire cultuur. Hij is ook gastonderzoeker aan het Center for Southeast Asia Studies van de University of California, Berkeley. Hij schreef over De Oost en Indonesische films over hetzelfde onderwerp voor De Filmkrant. Gerda Jansen Hendriks is in 2014 gepromoveerd op overheidsfilms over Nederlands-Indië; ze werkt als regisseur bij de afdeling Geschiedenis van de NTR. Voor Andere Tijden maakte ze onder meer afleveringen Door soldatenogen (29.12.2009), Onverwerkte oorlog (27.09.2015) en Revolusi in Indonesië (27.10.2018). Links: Officiële trailer De Oost // Educatieve website bij de film: De wereld van De Oost // Meet up 27 mei 2021, deel 1 en 2 // Nieuwsuurbijdrage over de film // Sander Philipse over het eenzijdige perspectief // Recensie uit Indonesië // Peter Breedveld over de gelijkenissen tussen de strip Rampokan van Peter van Dongen en de film // Interview met Rémy Limpach over zijn proefschrift De brandende kampongs van Generaal Spoor // Projectsite van het NIOD-onderzoek Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië, 1945-1950 // Niels Mathijsen in De Groene over de discussie over het NIOD-onderzoek // Onze jongens op Java (BNNVARA, 2019) // Medialogica over Rawagede // Proefschrift Emerging Memory van Paul Bijl // Proefschrift Hoe Nederland Indië leest van Lisanne Snelders // Boek Performing Power van Arnout van der Meer
Niet elke dag wordt de auteur van een academisch artikel over literatuur uitgenodigd om het er in een radioprogramma over te hebben, maar begin dit jaar overkwam het Kevin Absillis toen hij op Leest zijn reeks over Hendrik Conscience aan het publiceren was. Het zegt iets over de positie van Conscience in de Vlaamse samenleving, maar ook over het onderwerp: het vermeend racisme van de man waarover nog altijd spreekwoordelijk wordt beweerd dat hij de Vlaming heeft leren lezen. Kevins Leest-reeks is nu deels verschenen in tijdschrift WT, Wetenschappelijke Tijdingen (ook op Folio). Een mooi moment voor een gesprek over de neerlandistische omgang met de vroege literaire Vlaamse Beweging. Gasten zijn: Kevin Absillis, hoofddocent Moderne Nederlandse Letterkunde (Universiteit Antwerpen); auteur van o.a. Vechten tegen de bierkaai over uitgeverij Manteau, edities van Pallieter van Felix Timmermans en De verwondering van Hugo Claus en, met Kris Humbeeck en onze andere gast, samensteller van een opstellenbundel over Conscience, De Grote Onleesbare. Janneke Weijermars, universitair docent Moderne Nederlandse Letterkunde (Universiteit Groningen); publiceerde o.a. over de vroege geschiedenis van de neerlandistiek, de Nederlandse Waterloo-literatuur en Prudens van Duyse. Ze is (net als Kevin en Geert Buelens) gepromoveerd in Antwerpen (proefschrift Stiefbroeders). LINKS: De verbeelding van de leeuw waarin Kris Humbeeck oproept de geschiedenis van de Vlaamse Beweging vóór 1830 te bestuderen // De nieuwe Conscience-biografie Voor moedertaal en vaderland van Johan Vanhecke // Het artikel in De Lage Landen over de Vlaamse intellectuelen en het Belgische koloniale project // Encyclopedia of Romantic Nationalism in Europe // Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging // Scriptie van Anke Wymenga over Prudens van Duyse & Maria Doolaeghe // De hut van tante Klara (1865) van Johanna Desideria Courtmans-Berchmans // Recensie van Liselotte Vandenbussches proefschrift over vrijzinnige vrouwen in Vlaamse tijdschriften // Marie Elisabeth Belpaire: gender en macht in het literaire veld, 1900-1940 van Geraldine Reymenants.
Herman Gorter is niét de dichter van Mei, leren we in deze aflevering van de podcast. Waarvan dan wel? En welke bijdrage aan ons beeld van de activistische dichter hoopt het boekje De totale Gorter te verspreiden? Over het belang en de betekenis van Gorter voor onze tijd spreekt Geert Buelens met Johan Sonnenschein en Hannah van Binsbergen. Links: • Pan van Gorter (de versie uit 1916) waar De totale Gorter vaak op ingaat. • Gorters Liedjes, waar Hannah zo van houdt. • De verfilming van Gorters Een dag in ’t jaar waar Johan dramaturgie voor deed. • Op De Reactor verscheen Johans recensie van Hemelbestormers. De revolutie van de Tachtigers van Bart Slijper en die over de tentoonstellingscatalogus Rumoer in de stad. De schilders van Tachtig. • Het boek van Kristin Ross over Rimbaud en de Parijse commune dat Hannah vermeldt.
Op 26 mei 2021 om 15u28 werd Nederlands nieuws plots wereldnieuws toen de rechter in Den Haag olie- en gasbedrijf Shell verplichtte de uitstoot van broeikasgassen voor 2030 met 45% terug te brengen ten opzichte van 2019. Geert Buelens spreekt met Keetie Sluyterman over dit bedrijf dat zo innig is verweven met de kapitalistische, koloniale en milieugeschiedenis van Nederland. Keetie Sluyterman, emeritus hoogleraar bedrijfsgeschiedenis (Universiteit Utrecht), is gespecialiseerd in de Nederlandse bedrijfsgeschiedenis van de 19e en 20e eeuw. Ze schreef het laatste deel van Geschiedenis van de Koninklijke Shell en een reeks andere boeken en artikelen over ontwikkelingen binnen het Nederlandse bedrijfsleven. • ‘Royal Dutch Shell: Company Strategies for Dealing with Environmental Issues’ (2010) • ‘Corporate Social Responsibility of Dutch Entrepreneurs in the Twentieth Century’ (2012) • De bedrijfsgeschiedenis van Hoogovens/Tata Steel (2018) Voorts ter sprake: Documentair theaterstuk De zaak Shell (2020) van Anoek Nuyens en Rebekka de Wit voor Frascati en De Nwe Tijd, i.s.m. Milieudefensie. // TV-bewerking van Norbert ter Hall voor BNNVARA. // Tegenlicht over theaterstuk en rechtszaak. // Podcast-aflevering van Carbon Removal Newsroom met Holly Jean Buck over het Shell-vonnis. // De Shell Journaal boekjes die tussen 1961-1993 als relatiegeschenk werden verstuurd. // Trinta di Mèi – Curaçao 1969. // De Boycott Shell-campagne om het bedrijf te dwingen Zuid-Afrika te verlaten in de strijd tegen Apartheid. // Shells betrokkenheid bij de strijd in Nigeria die Ken Saro-Wiwa het leven kostte. // Het vonnis van 29 januari 2021 waarin Shell aansprakelijk werd gesteld voor olielekkages in Nigeria. // De Franse revisionistische studie Une autre histoire des ‘Trente Glorieuses’ (2016). // Nederland Gidsland.
Het is Paul van Ostaijen-jaar! 125 jaar werd de dichter geboren in Antwerpen en 100 jaar geleden verscheen zijn bundel Bezette stad, over het leven in zijn geboortestad tijdens de Eerste Wereldoorlog. In deze podcast spreekt Geert Buelens met de Roemeense en Engelse vertalers van Bezette stad. Alexa Stoicescu studeerde Duits en Nederlands in Boekarest en Antwerpen en Nederlandse literatuur aan de Universiteit van Amsterdam; ze vertaalde onder meer werk van Marieke Lucas Rijneveld, K. Schippers en Arnon Grunberg naar het Roemeens. Haar vertaling van Bezette stad, getiteld Orașul ocupat (2019) verscheen bij frACTalia. David Colmer heeft een lange lijst vertalingen én bekroningen op zijn naam staan, waaronder de Vondelprijs – de belangrijkste prijs voor literaire vertalers in ons taalgebied. Hij vertaalde proza van onder meer Peter Verhelst, Gerbrand Bakker en Bart Moeyaert en poëzie van Hugo Claus, Anna Enquist en Radna Fabias. Zijn Engelse vertaling Occupied City (2016) verscheen bij Smokestack Books. Links: • Bezette stad – het boek zelf en een kleine eeuw kritische en academische reacties (DBNL). • Van Ostaijen over de typografie en mogelijke vertalingen van Bezette stad (DBNL). • Van Ostaijenbiograaf Matthijs de Ridder publiceerde onlangs Boem Paukeslag, ruim 300 bladzijden close reading en contextualisering, ook te lezen als een reis- en wandelgids. Samen met Vlaams-Nederlands Huis deBuren organiseerde De Ridder tijdens het begin van de coronapandemie leesateliers over de bundel, waarin telkens ook hedendaagse schrijvers en artiesten om een creatieve reactie werd gevraagd. 65 ‘antwoorden op Bezette Stad’ zijn nu gepubliceerd als Besmette Stad. Bezette stad is een boek om te lezen, maar door de bijzondere typografie ook een boek om naar te kijken – ideaal dus voor literaire tentoonstellingen, en zo zijn er in Antwerpen nu een hele reeks. • In het Letterenhuis loopt tot 27 juni 2021 de tentoonstelling BEZETTE STAD 100. Daar zijn voor het eerst ook delen te zien van het bijzondere handschrift van het boek dat eerder dit jaar door de Vlaamse Overheid is aangekocht. • In de Permekebibliotheek is een kleinere Bezette stad-tentoonstelling die zich vooral richt op het leven in Berlijn, waar Van Ostaijen het boek schreef. • In de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience is tot 30 sept. 2021 een overzicht te zien van de vertalingen van Van Ostaijen.
Het was kil en guur toen het nieuws bekend raakte dat Hafid Bouazza was overleden, nauwelijks 51 jaar oud. Over zijn literaire werk en zijn belang voor de Nederlandse literatuur spreekt Geert Buelens met Henriette Louwerse en Liesbeth Minnaard. Links: - Werk van en over Hafid Bouazza via de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren. - Het proefschrift van onze eerste gast Liesbeth Minnaard, New Germans, New Dutch. Literary Interventions (2009), gratis te lezen via Amsterdam University Press. - Het proefschrift van onze tweede gast Henriette Louwerse, Homeless Entertainment. On Hafid Bouazza’s Literary Writing (2007), Google Books. - Het In Memoriam dat Henriette Louwerse schreef voor de lage landen (artikel). - Hafid Bouazza op een literaire avond in Tilburg in 2009, interviewer Sander Bax (video).
Vandaag gaat Geert Buelens in gesprek met Sander Bax, vakgenoot en auteur van het onlangs verschenen boek ‘Schrijversmythen. Literatuur en schrijverschap tussen 1880 en 2020’. Hoe beïnvloedt het publieke beeld van de schrijver, onze leeservaring van de literaire tekst zelf? Is de grote belangstelling voor ‘autonomie’ een neerlandistische obsessie, of speelt er misschien meer? Kan mythevorming rondom schrijvers ook iets vertellen over wat blijft en verandert in de samenleving? En wat met Vlaamse schrijvers(mythen) in de Nederlandse literatuurgeschiedenis? En, in het licht van onderwijsvernieuwingen: op welke manier kan dergelijke literatuurwetenschappelijke vakinhoud bijdragen aan het schoolvak Nederlands? Links naar publicaties die worden besproken in deze aflevering: Het proefschrift van Sander Bax, De taak van de schrijver (2007). Zijn boek De Mulisch Mythe (2015). En zijn boek De literatuur draait door (2019). De in 1996 verschenen studie Literatuur en moderniteit in Nederland 1840-1990 van Frans Ruiter en Wilbert Smulders. Erica van Bovens proefschrift uit 1992: Een hoofdstuk apart. 'Vrouwenromans' in de literaire kritiek 1898-1930. Het proefschrift Kentering wending knik. Dynamiek in modern dichterschap (2012) van Johan Sonnenschein. Binnen het genoemde ‘Autonomie-project’ verschenen het boek Literatuur, autonomie en engagement (2015) van Aukje van Rooden, het proefschrift Door Prometheus geboeid (2015) van Laurens Ham en het proefschrift van Daan Rutten, De ernst van het spel (2016). Het fragment uit De wereld draait door (2009) met Herman Koch en Arnold Heumakers. Het NRC-stuk van Heumakers over Kochs Het diner (20 maart 2009; betaalmuur). Het video-interview over Schrijversmythen dat Marc van Oostendorp had met Sander Bax (Neerlandistiek, 18 mei 2024). Carl De Stryckers recensie van Bax’ boek in De Standaard (1 juni 2024; betaalmuur). Renate van Keulens proefschrift Spelen met de waarheid (2024). De website van het Meesterschapsteam Nederlands. Bekijk ook de info over deze aflevering op Leest: www.platformleest.org/artikel/podcast14/
‘Leest spreekt’ is terug met nieuwe afleveringen! Vandaag gaat Geert Buelens in gesprek met Mathijs Sanders, aan de hand van Sanders’ nieuwe boek Boekhouders van de vergankelijkheid. Late stijl in nieuwe poëzie, dat in mei 2024 verscheen bij Poëziecentrum. Luister mee met deze dialoog tussen twee hoogleraren Moderne Nederlandse Letterkunde: over het modernisme, de toekomst van de neerlandistiek en vanzelfsprekendheden die voorbij zijn. Hoe literaire waardering van vrouwelijke auteurs nog steeds wordt bepaald door wat Menno ter Braak vond – en hoe dat bij te stellen. Over poëzieonderwijs, het Noord-Nederlands perspectief, weerbaarheid van studenten en nog veel meer... Links naar publicaties die worden besproken in deze aflevering: Sanders’ boek Boekhouders van de vergankelijkheid. Late stijl in nieuwe poëzie (Poëziecentrum, 2024). De recensie door Dirk De Geest van dit boek (Mappa Libri, juni 2024). Het proefschrift Kentering wending knik. Dynamiek in modern dichterschap (2012) van Johan Sonnenschein. De tekst van Theodor W. Adorno, ‘Beethovens late stijl’ (vertaling Eddy Bettens), in De Witte Raaf 83 (2000). Het laatste interview met Edward Said (2003); de passage over late style vanaf 3:22:00. Het H.C. ten Berge handboek, samenstelling Piet Gerbrandy, Mathijs Sanders & Carl De Strycker (Poëziecentrum, 2023). In Geert Buelens’ Van Ostaijen tot heden (2001) over de latere Gaston Burssens: § 3.2 en § 5.3. Mathijs Sanders’ proefschrift Het spiegelend venster. Katholieken in de Nederlandse literatuur, 1870-1940 (Vantilt, 2002). Artikel van Erica van Boven, Koen Rymenants, Mathijs Sanders & Pieter Verstraeten over Middlebrow en modernisme (TNTL, 2008). Het juryrapport van het project De verdrongen auteur (2024) van het Literatuurmuseum. Bericht hierover op Tzum met onderin de reactie van Syb (maart 2024). De reactie van Marc Kregting (De honingpot, maart 2024). De heruitgaven van Sarnami, Hai (1969) en Strafhok (1971) van Bea Vianen bij uitgeverij Cossee. De roman De klop op de deur (1930) van Ina Boudier-Bakker op DBNL. De essaybundel The Verbal Icon: Studies in the Meaning of Poetry (1954) van William K. Wimsatt en Monroe C. Beardsley.