Serge Simonart rekt het afscheid want weggaan uit Venetië doet al dromen van de volgende keer. Hij maakt nog een laatste tour langs de kanalen, de palazzi, de bruggetjes en kleine steegjes. Hij 'schwärmt' over de vele Venetiaanse uitvindingen -van de bril tot de pantalon!- en geeft nog goeie raad: boeken lezen in Venetië? Bespaar je het gewicht in je bagage, want het lukt niet. Daar is het decor te spectaculair voor. Vertrekken doet hij zoals hij gekomen is: over de lagune en gelukkig.
Op zijn pelgrimstocht langs de mythische plekken van Venetië, komt Serge Simonart op ook de schimmen van de vele schilders tegen. Van Titiaan en Tintoretto, maar ook van zijn helden Whistler, Sargent en Turner. Zijn favoriete schilderij van Venetië is Feu d'artifice à Venise (1917) van Lucien Lévy-Dhurmer, en te bewonderen in Musée du Petit Palais in Parijs.
Venetië ademt liefdesverhalen. Er werden al veel harten gestolen en gebroken. En er waren nog schimmen rond: van Veronica Franco, de mooiste courtisane van Venetië, tot Gustav von Aschenbach die bij het zien van Tadzio op het Lido zijn laatste platonische liefde beleefde. En wat te denken van de boutade dat je nooit alleen naar Venetië mag?
Sinds het einde van de 13de eeuw vieren ze in Venetië de overgang van de winter naar de lente met een gemaskerd feest. Nog altijd wanen de Venetianen zich in vorige eeuwen wanneer ze gekostumeerd als Casanova of Mozart naar een bal gaan. Ze kijken niet op hun klok, en praten niet over het heden. Toen Simonart als kind voor de eerste keer in Venetië kwam, paradeerde hij in een cape die zijn moeder had gemaakt. Zijn liefde voor het Carnevale is gebleven. Op voorwaarde dat het wat exclusief kan.
Toen de schrijver Henry James in de 19de eeuw de stad bezocht schreef hij al “Though there are some disagreeable things in Venice there is nothing so disagreeable as the visitors”. Henry James schreef gelukkig over de dingen die hij dan wel ‘agreeable’ vond. Serge Simonart vertelt ook over al die andere beroemde toeristen die over ‘La Serrenisima’ schreven. Charles Dickens ontmoeten we Palazzo Dandolo waar ook Proust en Sand logeerden. We ontmoeten John Ruskin… en natuurlijk Lord Byron.
Via donkere steegjes komen we in een oud palazzo uit de 15 de eeuw terecht voor een concert met liefdesduetten bij kaarslicht. De adelijke familie die het bezit heeft het toegangsgeld nodig om het pareltje te kunnen houden. Venetië is een componistenstad en heeft veel plekken met een muzikaal verhaal. Simonart neemt ons mee door het Venetië van Monteverdi, Vivaldi, Mozart, Verdi en Wagner en naar La Fenice, de opera.
Napoleon vond het beroemde San Marcoplein de mooiste woonkamer van de hele wereld. Nog altijd slaat de aanblik van de San Marco Basiliek met zijn Byzantijnse koepels en de gouden mozaïeken en de marmeren paleizen met elegante portieken en loggia’s bezoekers met verstomming. En iedereen kent Caffè Florian, een beroemd café geopend in 1720. Serge Simonart gaat voorbij de duiven en dure koffie en vertelt minder bekende verhalen.
In Venetië vertelt elk palazzo, elk kanaaltje en elke straatklinker wel een verhaal. En als je voor het dogenpaleis staat dan kan je niet anders dan aan het verhaal van Casanova te denken, en zijn spectaculaire ontsnapping uit de gevangenis van het paleis. Casanova, de meester-verleider, de oplichter… maar ook nog zoveel meer. Volleerd casanovist Serge Simonart vertelt zijn levensverhaal in alle mogelijke geuren en kleuren.
'Venetië is versteende schoonheid, een Schone Slaapster, een verborgen schat. En nog steeds terra incognita'. Serge Simonart wordt lyrisch van de stad, gebouwd op boomstammen. 'Venetië is voor mij ook een gemoedstoestand, een levensgevoel, een toevluchtsoord voor dromers, een spiritueel kuuroord, een sanatorium voor gewonde engelen.' We nemen samen met hem de vaporetto en krijgen een gedroomde introductie op een wonder van een stad.